actueel

Zorgprogramma vertalen naar de praktijk in Alphen aan de Rijn

Hoe zorg je ervoor dat iemand met angst of stemmingsklachten op het juiste moment de juiste zorg en de juiste informatie krijgt? Vaak zijn bij één patiënt meerdere zorgverleners betrokken. De patiënt profiteert van goede samenwerking tussen zorgverleners die elkaars werkwijze kennen. Op 25 augustus  organiseerde de projectgroep GGZ van Alphen op één lijn samen met Reos de bijeenkomst ‘Moeilijke zaken makkelijk maken’. 

Op de bijeenkomst spraken ruim vijftig zorgverleners over een gezamenlijke aanpak bij angst of stemmingsklachten. Na de lancering van het regionale zorgprogramma Angst- en Stemmingsproblematiek nam Alphen op één lijn initiatief om het programma in de eigen organisatie te implementeren. Want werkafspraken op papier is één, ermee gaan werken is stap twee.

De projectgroep GGZ Alphen en Reos betrokken alle disciplines die betrokken zijn bij de GGZ behandeling en vroegen hen ter voorbereiding op de bijeenkomst wat er nodig is om de eigen werkwijze in overeenstemming te brengen met de aanbevelingen uit het zorgprogramma. Zo ontstond er inzicht in de ‘kloof’ tussen het huidige en het gewenste handelen.

Alle disciplines aanwezig om implementatie te bespreken
Medebepalend voor het succes van de bijeenkomst was dat van elke discipline meerdere vertegenwoordigers aanwezig waren inclusief acht Gezondheids psychologen. Nadat de leden van de projectgroep GGZ het zorgprogramma hadden toegelicht werd aan de hand van het stroomschema van Stichting kwaliteitsontwikkeling GGZ in tweetallen besproken welke rol ieder heeft in het zorgproces en welke raakvlakken er zijn. Dat leverde boeiende gesprekken op waardoor de bijdrage van elke discipline verhelderd werd. Zo ontdekten de diëtist en de psychosomatisch fysiotherapeut dat zij nu vaak niet gelijktijdig zorg verlenen aan een patiënt, terwijl die zorg elkaar goed kan versterken. En apothekers en diëtisten ontdekten dat men meer gebruik kan maken van elkaars kennis rond medicijngebruik en voeding.

Maken van gezamenlijke werkafspraken, bijvoorbeeld over educatie
Als er meerdere zorgverleners betrokken zijn bij één patiënt - ná elkaar of in een zelfde periode – dan zijn de schakelmomenten van groot belang voor een goede zorgervaring door de patiënt. Het zorgprogramma doet daar aanbevelingen over. Deelnemers keken kritisch naar hun eigen werkwijze en wat er nog verbeterd kon worden. Bijvoorbeeld door gezamenlijke afspraken te maken over educatie: welke websites worden geadviseerd? En hoe stem je de voorlichting onderling af bij extreem angstige patiënten? Op het terrein van e-health: kennis van goede programma’s kan meer gedeeld worden. Worden er vragenlijsten zoals de 4DKL (vier dimensionale klachtenlijst) afgenomen dan kunnen de scores meegestuurd worden met een verwijzing. Het liefst digitaal via het Keten Informatie Systeem (KIS). 

Ontdekken hoe zorg met gezamenlijke afspraken te verbeteren
Op de bijeenkomst werd duidelijk dat het KIS geen mogelijkheid kent om de hoofdbehandelaar aan te vinken. Dat is wel belangrijk, bijvoorbeeld als de apotheker contact wil opnemen om te bespreken of medicatie noodzakelijk blijft. Per Farmacotherapie Overleg (FTO) kunnen de apotheker en huisartsen afspraken maken over eerste keuze antidepressiva. De apotheker kan feedback geven op afwijkende recepten zodat de afspraken ook bewaakt worden. Zo wordt de verbetercirkel rond! Bij terugvalpreventie worden vaak afspraken met de patiënt gemaakt; huisarts en praktijkverpleegkundige/praktijkondersteuner GGZ kunnen daar systematischer over geïnformeerd worden zodat ze de patiënt daarover kunnen aanspreken. Kortom: de deelnemers deden tal van ontdekkingen hoe de zorg met gezamenlijke afspraken verbeteren kon. 

Zorgprogramma zorgvuldig bekijken per discipline
Maar ook per discipline werd geconstateerd dat er werk aan de winkel was om het zorgprogramma zorgvuldig te kunnen uitvoeren. Zowel de diëtisten als de psychosomatische fysiotherapeuten hadden al overleg gepland. De POH GGZ gaan vanuit hun gezamenlijk platform de huisartsen instrueren over de manier van werken volgens het zorgprogramma. De gezondheids psychologen realiseerden zich de meerwaarde van regionaal overleg en gaan bekijken hoe dat opgezet kan worden. Implementatie van het zorgprogramma angst- en stemmingsproblematiek wordt per centrum aangepakt: het management team van elke GES heeft de leiding. De voorzitters van de management teams wisselen onderling uit ‘wat werkt en wat minder’, delen tips en hulpmiddelen. 

Deelnemers zijn geïnspireerd
De deelnemers waardeerden de bijeenkomst zeer. Enkele uitspraken: ‘Fijn om gezichten te zien bij de namen van hulpverleners’, ‘Het leeft meer’, ‘Aandachtspunten worden duidelijk’, ‘Helderheid over wat ons nog te doen staat’, ‘Draagt bij aan korte lijnen tussen de hulpverleners’. Diverse zorgverleners spraken op de bijeenkomst het voornemen uit om het zorgprogramma ‘nog eens goed te gaan lezen’.

Thirza Douglas, psychosomatisch fysiotherapeut, Frederike Gieles, POH GGZ en Kirsten Kouwen-Lubbers, apotheker en Erik Pleij, huisarts (de projectgroep GGZ vanuit Alphen) kijken samen met de Reos adviseurs John Hoenen en Eva van Steenbergen terug op een geslaagde bijeenkomst. De zorgvuldige voorbereiding heeft zeker vruchten afgeworpen; die methodiek kan ook bij de implementatie van andere zorgprogramma’s van waarde zijn. Met deze bijeenkomst heeft Alphen op één lijn laten zien wat de inhoudelijke meerwaarde kan zijn van regiobrede samenwerking. 

Vragen? Neem contact op met Eva van Steenbergen of John Hoenen

Top